Terug naar Lexicon

Bewijsmiddelen (succ.)

In de succesierechten zijn alle gemeenrechtelijke bewijsmiddelen toegelaten, met inbegrip van vermoedens, getuigenissen en bekentenissen, maar met uitsluiting van de eed. Daarnaast beschikt de administratie ook over een aantal wettelijke vermoedens, die de fiscus toelaten om goederen die niet in de nalatenschap zitten op het ogenblik van overlijden hier toch bij te rekenen. Dit zijn de zogenaamde fictiebepalingen en deze hebben betrekking op schuldbekentenissen van de overledene, schenking van roerende goederen gedaan tijdens het leven van de overledene, de ongelijke verdeling van de huwgemeenschap, goederen door de overledene geschonken binnen de drie jaar voor zijn overlijden, bedingen ten behoeve van een derde en fictiebepalingen met betrekking tot het levenslange recht dat een erflater beschikt en dat met zijn overlijden beëindigd. Het principe is dat de bewijslast wordt gedragen door de fiscale administratie voor de vaststelling van het bestaan en het bedrag van de fiscale vordering.